Vrijheid en Corona

Apr 5, 2020 00:00 · 931 words · 5 minute read Corona Moderniteit Antropoceen

Overzicht van de luchtvervuiling in Nederland na en vóór de coronacrisis, bron KNMI

Corona: drie lessen over vrijheid

Wanneer besloot jij om toch maar niet naar dat feestje te gaan? Weet je nog wat je laatste treinreis was? Waar zag jij je vrienden voor ’t laatst in het echt? Wanneer legde jij je neer bij deze grondige beperkingen van je keuzemogelijkheden?

Het coronavirus kwam binnen als een dief in de nacht. Wat het virus vooral wegnam, stilletjes, was het recht op onbegrensde individuele vrijheid. Plots moeten wij wennen aan het idee dat de werkelijkheid ons grenzen stelt. Grenzen waar we niet mee kunnen onderhandelen.

Hoewel het coronavirus en het Antropoceen niet hetzelfde zijn, brengen beide wel een gelijke uitdaging met zich mee. Namelijk: hoe kan je als mens vrij zijn in een wereld die grenzen blijkt te hebben? Laten we kijken wat de coronacrisis leert over vrijheid van het individu. Dit kan een les zijn voor de uitdagingen die ons nog te wachten staan in de context van klimaatverandering.

Les één: de mens is een aangesloten wezen

De eerste les van het coronavirus is dat de mens géén individu is. Althans, niet in de zin dat de mens ooit helemaal ‘los’ van de wereld staat. De mens gebruikt complexe netwerken en infrastrucuur om de aarde leefbaar te maken. Maar nu blijkt dat deze netwerken ons óók kunnen gebruiken. Het COVID-19 virus kon zich verspreiden via de intense verbindingen die de mens heeft aangelegd. Denk aan het wereldwijde vliegverkeer (één miljard vliegbewegingen per jaar), maar ook aan het transport van handelsgoederen over de hele wereld. Hoe sneller de mens zichzelf en zijn producten over de aarde jaagt, hoe sneller ook het virus kon verspreiden.

Deze les laat ons zien dat individuele keuzes niet losstaan van zulke netwerken. Pas als wij in quarantaine zijn - en eigenlijk géén keuzes meer hebben over hoe en waar wij ons willen verplaatsen - zijn wij veilig. De infrastructuur die onze vrijheid mogelijk maakt, staat nooit helemaal onder controle van mensen, zoals COVID-19 toont.

Les twee: de mens kiest niet alléén voor zichzelf

Wie heeft zichzelf nog niet betrapt op de gedachte dat deze crisis vooral ‘anderen’ zal raken? Ouderen, zieken, zwakken, maar toch niet mij? In het begin van de crisis, gingen mensen nog ‘dapper’ naar het terras, om te laten zien dat ze zich niet gek zouden laten maken. Enkele weken later blijkt dat dit het punt niet is. Risico’s komen niet op jouw eigen naam, maar ook op de namen van iedereen met wie jij via-via in contact bent gekomen. Als jij besmet bent en je geeft dit door een iemand die in de zorg werkt, dan heb je een kleine brandhaard op je conto staan.

De coronacrisis leert ons daarom ook, voorzichtig, om te wennen aan een soort van groepslogica. Je kan als individu wel een risico nemen en tóch een feestje geven, maar als iedereen in Nederland dat zou doen zou het virus zich razend snel verspreiden. Wat een redelijk risico is voor jou, is voor een heel land waanzin. Tegenover een moderne logica en ethiek, die telkens van individuele vrijheden en verantwoordelijkheden uitging, hebben we nu een bevolking nodig die begint te denken op het niveau van een hele samenleving. Vrije keuzes maak je in aangezicht van andere mensen.

Les drie: de grenzen van vrijheid zijn onzichtbaar

De derde les is dat de grenzen van de vrijheid niet meteen duidelijk of zichtbaar zijn. De mens heeft telkens technieken nodig om te begrijpen waar hij is en wat er om hem heen gebeurt. Ook op deze manier is individuele vrijheid niet begrensd tot het zelf: je moet leren vertrouwen op anderen die deze technieken beheersen.

In het boek van Boccacio, de Decamaron, over de pest in 15e eeuws Italië, begrijpen de mensen nog niet hoe deze ziekte zich verspreidt. Ze merken op dat ook het aanraken van kleding van patiënten genoeg is om hen te besmetten, maar hebben nog géén idee van het bestaan van zoiets als ziektekiemen. Doordat ze niet goed kunnen verklaren wat er aan de hand is, is het ook niet duidelijk welke keuzes redelijk zijn en welke niet. De één gaat feestend door de stad, in de veronderstelling dat de Apocalypse is gekomen. Een ander trekt zich somber terug.

Ook nu is het pas via complexe modellen en geadvanceerde medische techniek dat we kunnen nadenken over wat een verstandige reactie is. Dit kan je zelf, los van anderen, niet bedenken. Dit heeft twee gevolgen. Eén: je kan niet zelf, los van je omgeving, je vrijheid vieren. De grenzen en mogelijkheden van jouw situatie moeten door anderen uitgelegd worden, in dit geval wetenschappers en gezondheidsexperts. Twee: er zal vanwege deze onzichtbaarheid ook altijd discussie zijn over waar de grenzen moeten liggen. In Nederland hebben de populistische partijen gepleit voor een volledige lock-down, terwijl Rutte eerst een groepsimmuniteit wilde kweken. Hoe weet je ooit zeker wie je moet vertrouwen als het om onzichtbare bedreigingen gaat?

Conclusie

Corona stelt de moderne mens voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog de serieuze vraag hoe het staat met onze vrijheid. Duidelijker kunnen we de kwetsbaarheid van deze vrijheid niet te zien krijgen. Keren we ooit helemaal terug naar een wereld van ontlading, waarin de mens kan doen wat hij wil? Hoe gaan wij reageren als het klimaat, na corona, ook meer en meer de alledaagse orde gaat verstoren? Is er een vrijheid denkbaar die anders is dan de individuele vrijheid van het liberalisme? Of wordt de mens een soort quarantaine-wezen, dat telkens verder moet vluchten voor de netwerken die diens leven mogelijk maken?

tweet Share